donderdag 21 juni 2018

RIJKERSWOERD: INLEIDING BIJ DE FIETSROUTE




Over de toen nog te bouwen wijk Rijkerswoerd werd in de vorige eeuw al in de jaren zeventig nagedacht. Van bouwen kwam het pas veel later. Dat had onder andere te maken met het beleid van de Rijksoverheid aan het begin van de jaren tachtig. Niet steden als Arnhem zouden mogen bouwen voor toekomstige groei, maar daartoe aangewezen landelijke groeikernen als Westervoort en Duiven. Arnhem wist onder dat beperkende Rijksbeleid uit te komen door het sluiten van een convenant. In Rijkerswoerd begonnen de eerste bouwwerkzaamheden in 1987. Na de nodige, vooral economische onzekerheden werd de wijk in vier fasen gebouwd, vanaf de Burgemeester Matsersingel richting het oosten, en voltooid in de jaren negentig.

Rijkerswoerd is een wijk van vlak vóór het Vinex-tijdperk. De planning van de wijk was nog stevig in handen van de Dienst Stadsontwikkeling van de gemeente Arnhem. Het interdisciplinaire ontwerpteam bestond, naast stedenbouwkundigen, uit onder meer verkeersdeskundigen, groenontwerpers, civiel technici en een beeldend kunstenaar gespecialiseerd in monumentale vormgeving. De leiding van het team was in handen van de stedenbouwkundige Bohdan Malisz. Het team bedacht de structuur en de opzet van de openbare ruimte van de wijk. Projectontwikkelaars en woningcorporaties bekommerden zich om de bouw, de invulling van het door de Dienst Stadsontwikkeling aangedragen grondplan. Alle betrokkenen voerden nauw overleg, maar tegenstellingen van inzichten en belangen tussen de stedenbouwkundigen van Stadsontwikkeling, de woningcorporaties en de projectontwikkelaars waren op sommige punten onoverkomelijk. Wat kwam er uit de bus?

De historische structuur als uitgangspunt


Het ontwerpteam van de Dienst Stadsontwikkeling liet zich onder andere leiden door het in 1983 opgestelde Arnhemse structuurplan waarin de stad werd voorgesteld als de vingers van een hand die zich uitstrekt in het groen. Op een zeer uitgesproken wijze is dat het geval in Arnhem-Noord. De bebouwing dringt op naar het noorden en anderzijds dringt de natuur, in zuidelijke richting via de parken Zypendaal en Sonsbeek, door tot aan het centrum. Dat levert aan de noordzijde van de stad een structuur op van groene, door bebouwing omgeven lobben. Tussen natuur en cultuur, groen en bebouwing, is sprake van een aantrekkelijke wisselwerking, een soms betoverend contrast, langs tamelijk vaststaande en heldere grenzen.

De handstructuur werd bij de naoorlogse uitbreiding van de stad eenvoudigweg gespiegeld of omgeklapt. In het concept van de hand met vingers was Rijkerswoerd in het geheel van de zuidelijke stadsuitbreidingen de meest oostelijke woonvinger. Het voorbeeld van het noordelijke stadsdeel was echter niet zomaar te projecteren op het zuiden. In het noorden van de stad worden de structuur, de grenzen en de wisselwerking tussen natuur en bebouwing bepaald door de hoogteverschillen langs de in de ijstijd gevormde stuwwal en de glooiingen van de vroegere beekdalen. Arnhem-zuid ligt daarentegen in de Overbetuwe, een nagenoeg vlak en vroeger agrarisch gebied. De structuur van dat gebied werd van oudsher bepaald door wegen, akkers, weilanden, afwateringen en verspreide nederzettingen. Die historische, agrarische structuur koos Bohdan Malisz als uitgangspunt voor de opzet van de toekomstige wijk. In Rijkerswoerd ging het om drie van oost naar west lopende hoofdroutes: de Huissensedijk in het noorden, ten zuiden daarvan de Mooieweg en nog verder zuidelijk de Rijkerswoerdsestraat. Deze drie routes liggen op hoge gronden, de in de prehistorie, door de zich steeds verleggende rivierstrangen opgeworpen zanderige rivierduinen, waar van oudsher boerderijen lagen en werd gewoond. Haaks op deze drie routes liep en loopt nog steeds van noord naar zuid de Kruisstraat.


De situatie voor de bouw van de wijk

Toestand begin jaren dertig: onder op de foto de Huissensedijk
Er was met andere woorden een historisch grid. Behalve door dat grid of raster liet het ontwerpteam zich inspireren door het patroon van de vroegere akkers. Die lagen in rechthoeken met de langste zijde aan de kant van het oosten en westen op de klei van de kommen tussen de hogere rivierduinen.

Malisz en zijn ontwerpteam bemoeiden zich om de historische schikking van het landschap, met name het landelijke karakter van de Mooieweg, de Huissensedijk en de Kruisstraat, zoveel mogelijk te behouden. Dat was een breuk met wat na de oorlog lange tijd gewoon was. In Nederland werden oude landschappen op plaatsen waar nieuwbouw moest komen tot in de jaren zeventig vaak zonder pardon uitgewist door er een laag zand overheen te spuiten. Die aanpak maakte gaandeweg plaats voor een aanpak die historische waarden van natuur, landschap en gebouwen waar mogelijk respecteerde en gebruikte als medebepalend voor de vormgeving van de buitenruimte.

Zo ook in Arnhem, bij het ontwerpen van Rijkerswoerd. Naast het gedeeltelijk bewaren van het oude landschap richtte het ontwerpteam zijn aandacht niet minder op het scheppen van nieuwe natuur in het centrum van de wijk en aan de zuidelijke en oostelijke rand ervan. In het centrum van de wijk werd een groene as aangelegd, in het zuiden en oosten werden singels gegraven en een nieuw bos aangelegd, het Stuitbos, later Zeegbos genoemd.

Herkenbaarheid en contrasten


In Rijkerswoerd streefde het ontwerpteam naar afwisseling en herkenbaarheid. Een van de middelen daartoe was een verlopend kleurgebruik: wit en lichte kleuren in het centrum, meer donkere kleuren richting de randen van de wijk. Een dergelijke gradueel verschil stond het ontwerpteam ook voor ogen wat betreft de vorm van de bebouwing. In het centrum van de wijk zou die stedelijk en lineair moeten zijn, naar de randen toe meer landelijk, zoals het bijgevoegde schema uitlegt: 'in een combinatie van een veelheid van richtingen'.


Kleurschema en bouwrichtingen Rijkerswoerd
Bouwvormen

FIETSROUTE RIJKERSWOERD

Marga Klompélaan

Fietsroute Rijkerswoerd
Start- en eindpunt: De Hooijmaat bij Stadsboerderij De Korenmaat, Marius van Beeklaan 5, 6836 WD ARNHEM

Van 1.1 naar 1.2: Ga van Stadsboerderij De Korenmaat de Huissensedijk op en volg de Huisssensedijk in oostelijke richting /rechts van de dijk liggen de Kleine Holthuizer Kolk en de Grote Holthuizer Kolk / links van de weg ligt Immerloopark / je komt aan bij het kunstwerk Poort van de zon van Marius van Beek.

Huissensedijk in oostelijke richting

Kleine Holthuizer Kolk

Immerloopark/Poort van de zon

Kolken

De Kleine en de Grote Holthuizer Kolk worden in Huissen aangeduid als De Kleine en de Grote Kolk van Hoogerbrugge. De Kleine Kolk ontstond door een dijkdoorbraak in 1433, de Grote Kolk in 1651. De twee kolken en omgeving vormen een rijk natuurgebied. Voor wie geen genoeg kan krijgen van dijkdoorbraken is er een fietstocht van 45 kilometer langs alle wielen en kolken in het gebied Arnhem, Lingewaard, Overbetuwe en Nijmegen.

Marius van Beek: Poort van de Zon

Poort van de Zon in Park Immerloo is van beeldend kunstenaar Marius van Beek. De in 1921 in Utrecht geboren Marius van Beek was beeldhouwer, kunstcriticus en docent aan zowel de kunstacademie in Den Bosch als de School voor Journalistiek in Utrecht. Van Beek werkte en woonde van 1959 tot aan zijn dood in 2003 in Oosterbeek. Van zijn hand zijn beelden te vinden in Arnhem, Nijmegen en elders. In Nijmegen bevindt zich op het Trajanusplein het van 1954 daterende bronzen Verzetsmonument. In de wijk Malburgen in Arnhem-Zuid vind je op de Groene Weide een grote zittende beeldengroep van Marius van Beek, daterend van 1968. Voor het Arentheem College aan de Thomas a Kempislaan in Arnhem-Noord staat zijn Tobias en de Engel, uit 1962.
 Poort van de Zon werd in 1980 in het Park Immerloo geplaatst. Van Beek werkte er lang aan en maakte ter inspiratie voor dit werk een reis naar de op 2500 meter hoogte gelegen oude Incastad Machu Picchu in Peru. Na een nacht vol ontberingen op de Huayna Picchu, de boven de stad uitreikende Jonge Berg, zag hij de volgende ochtend de zon opkomen boven de stad. Volgens Van Beek was dat een ongelooflijke sensatie. De Poort van de Zon markeert een verandering in Van Beeks oeuvre. Marius van Beek begon als een klassiek, figuratief beeldend kunstenaar, maar ontwikkelde uiteindelijk een meer aardse, abstracte en op materiaal en licht georiënteerde beeldtaal. De Stichting Marius van Beek in Oosterbeek beheert zijn nalatenschap. Op 21 maart en 21 september is in Park Immerloo via het zogenaamde 'vizier', de twee granieten schijven, de opgaande zon in het hart van de poort te zien. Op 21 juni als de zon zijn hoogste punt bereikt, schijnt hij om 12:00 uur op de rode spiegelsteen tussen het vizier en de poort.

Van 1.2 naar 1.6: terug over de Huissensedijk / na de zendmast links van de weg sla je linksaf, de weg voert omlaag / ga rechtsaf en volg de Eka Thoden van Velzenstraat in zuidelijke richting / sla de Mahatma Gandhiweg in / vervolg je weg over de Albert van Dalsumlaan

Je volgt een min of meer rechte route van noord naar zuid en kruist de Mooieweg (1.4) en de Marga Klompélaan(1.5). Aan het einde van de Albert van Dalsumlaan (1.6) neem je het bruggetje over het water.


Eka Thoden van Velzenstraat (N.B. in noordelijke richting met uitzicht op de Huissensedijk)
Eka Thoden van Velzenstraat in zuidelijke richting

Mahatma Gandhiweg

RIJKERSWOERD: INLEIDING BIJ DE FIETSROUTE

Over de toen nog te bouwen wijk Rijkerswoerd werd in de vorige eeuw al in de jaren zeventig nagedacht. Van bouwen kwam het pas vee...